Reactie op de begroting 2021

Voorzitter, Laat ik beginnen met te zeggen dat onze fractie blij is dat er uiteindelijk toch voor gekozen is om deze vergadering niet fysiek te houden. Nederland zit half op slot. De horeca is dicht, de musea, pretparken en bioscopen hebben de deuren moeten sluiten. Wij volksvertegenwoordigers staan niet boven de wet, maar moeten juist het goede voorbeeld geven. Dat betekent dat wij ook gewoon thuisblijven en het contact met elkaar tot het minimum beperken. Het is slechts een heel klein offer dat we graag brengen. We voelen ons verbonden met mensen die door deze crisis in hun persoonlijk en zakelijke leven echt zwaar getroffen worden.

Ook op fysieke afstand blijft de VVD de komende periode goed in de gaten houden hoe we onze lokale ondernemers kunnen steunen en een handje kunnen helpen. Van het college verwachten we een dezelfde houding. We roepen u op proactief te blijven onderzoeken hoe en waarmee de getroffen ondernemers en inwoners kunnen worden geholpen. Het gaat vaak niet eens om geldelijke steun, maar meer om steun bij het verkrijgen van bijzondere vergunningen of ontheffingen. Een permanente dialoog met de ondernemers is sowieso belangrijk om zaken met elkaar voor elkaar te krijgen, zoals we ook weer merken bij de discussie over de revitalisering van de Castricummerwerf. 

Natuurlijk staat Castricum niet stil en qua bouwplannen heeft het college ook niet stil gezeten, Kaptein Kaas, Raadhuisplein, Laamens, De Clinge, Startingerweg zijn allen in procedure en gaan richting uitvoering. Laten we hopen dat Zuid III daar ook aan toe gaat komen. Maar we staan wel voor een steeds groter wordende opgave in de volkshuisvesting. Het gaat daarbij zeker niet alleen om de sociale huursector. Er is zeker een minstens zo grote behoefte en nood in andere sectoren, zoals middeldure huur en koop.  Er zal juist in die sectoren gebouwd moeten worden om de doorstroming te bevorderen en daarmee ook starters een kans te bieden. De verwachting is dat we in 2021 worden geconfronteerd met een grotere groep van te huisvesten statushouders. Daarvoor zal een goede en passende oplossing geboden moeten worden. Voor alleenstaande statushouders is het Flexwonenproject een passende oplossing, ook voor jongeren en spoedzoekers. Het is een tijdelijke overbrugging. Ideaal nee, noodzakelijk ja. Voor gezinnen ziet de VVD flexwonen niet als passende oplossing. En weet ook, als er niet op korte termijn ruimte komt om nieuwe Nederlanders te huisvesten, de wethouder niet anders kan dan de schaarse hoeveelheid beschikbare sociale huurwoningen weer met voorrang toe te wijzen aan deze groep. Als we dat niet zelf doen zal de provincie dat voor ons gaan doen en dat willen we zeker niet. Het grote probleem is en blijft de plaats waar we deze snelle woningen neer kunnen zetten. Of het nu omgebouwde containers zijn voor 1 persoon of snel te realiseren verplaatsbare gezinswoningen; ze mogen overal staan alleen niet in de buurt waar ze gepland worden. Het is eenvoudig om te roepen dat er gebouwd moet worden en vervolgens tegen iedere oplossing nee te zeggen. De VVD fractie zit daar anders in, wij zullen niet op stokpaardjes blijven zitten. De motie over de Koekoeksbloem is daar ook een bewijs van. Op die locatie kan het percentage sociale huur hoger zijn dan de 30%.  

De provincie zadelt ons inmiddels op met nog een ander dilemma de onlangs vastgestelde Omgevingsverordening en de BPL, beperken onze woningbouw mogelijkheden, onze dorpen mogen beperkt en binnenstedelijk groeien, kleine projecten, dat kan nog net. Verder moet het vooral leuk en kneuterig blijven, zodat mensen uit de stad onze dorpen als een moderne variant van het openluchtmuseum in het weekend kunnen bezoeken, D’r even lekker doorheen fietsen. Juist nu blijkt de kracht van kleine woongemeenschappen, de mierenhopen in grote steden, blijken waren pandemiebommen! Om voorzieningen te behouden moeten alle dorpen mogelijkheden voor groei kunnen blijven houden. Met onze motie Lokale Woondeal  willen we op zoek naar die mogelijkheden. Ieder jaar bereiken ons kleine initiatieven deze stranden op provinciale regelgeving. Wij willen ze graag allemaal inventariseren en bespreken in Haarlem. In de commissie later meer hier over.  

Door de coronacrises worden ook onze financiën getroffen. De VVD fractie wil deze tegenvallers niet vertalen naar nog hogere lasten voor onze inwoners. We zullen zelf creatief moeten zijn en ook kritisch naar de uitgavenkant moeten kijken. De afvalstoffenheffing moet kostendekkend zijn. Dat kan door de heffing te verhogen, maar ook door juist de uitgaven te verlagen. Het college neemt verder haar verantwoordelijkheid door verstandig in te zetten op beheersingsmaatregelen in het Sociaal Domein. 

We hebben nog geen zicht op de effecten van het grondstoffenplan. Zoals de heffing nu wordt voorgesteld in de begroting 2021 lijkt het erop dat alle kosten bij onze inwoners terechtkomen en geen neiging vanuit de werkorganisatie bestaat om naar de eigen besparingsmogelijkheden te kijken. De meeste inwoners hebben er nog geen enkel idee van dat ze door het 1x per 3 weken aan de straat zetten van de grijze bak achteraf worden geconfronteerd met een naheffing van meer dan € 100,--. De kosten voor het ophalen van het afval stijgen explosief, terwijl de dienstverlening juist achteruit kachelt. De cijfers die ons tijdens het vaststellen van het grondstoffenplan werden voorgespiegeld zijn wezenlijk anders, dit komt eerlijk is eerlijk veelal door autonome kostenstijgingen. Nu doorakkeren vinden wij niet uit te leggen onze inwoners. Dit betekend overigens niet, dat we op eens tegen bronscheiding en het verminderen van ons restafval zijn. Even een pas op de plaats, droogoefenen. We hebben daarom een motie ingediend om deze heffingsmethode een jaar uit te stellen. Op deze manier krijgen we beter zicht op de effecten van het grondstoffenplan. Ook is er dan meer tijd om het plan goed uit te rollen en de inwoners adequaat te informeren en mee te nemen. Nu zijn er nog te veel onduidelijkheden. Door dit overhaast in te voeren ontstaat de reële kans dat het hele idee totaal mislukt en allerlei perverse effecten heeft. 

Natuurlijk verlopen onze vergaderingen via Zoom anders dan we gewend zijn. Natuurlijk missen we allemaal de onderlinge contacten, maar dat wil niet zeggen dat we de normale normen en waarden los moeten laten. Fatsoen moet je doen, zeker als volksvertegenwoordiger. Ook via het scherm hebben we een voorbeeldfunctie. Het is nergens gebruikelijk om tijdens het werk alcohol te nuttigen. Waarom zien we dit dan wel tijdens een Zoomvergadering? Het is in het normale verkeer tussen mensen niet gebruikelijk en zelfs ongepast om iemand aan te spreken op zijn of haar uiterlijk en daar massaal om te lachen. Waarom dan wel via Zoom? Het is in onze raad niet gebruikelijk elkaar schuttingtaal toe te werpen. Waarom dan wel via Zoom? Wij doen een beroep op alle raadsleden, ook via Zoom, om de normaal gebruikelijke normen en waarden in acht te blijven nemen. Dat maakt deze toch wel lastige tijd toch net iets prettiger. Het zijn gelukkig uitzonderingen waar ik op doel voorzitter, maar toch. Laten we elkaar dus vooral scherp blijven houden op de inhoud.

De VVD gaat onverminderd door op de ingeslagen weg. Kritisch, maar constructief.

Fatsoenlijk rechts. 

Dank u wel.